Juryrapport
Twee zijschotten waarop de beeltenis van popidolen. Aan de voor- en achterkant van de wagen ‘schroefden’ twee wenteltrappen naar voren en daarboven figuren die op engelen leken en dansten op notenbalken.
Een bewust gekozen ruimtelijk concept. Een contrast tussen het stevige onderstel met de in dahlia’s ‘geschilderde’ portretten van popidolen uit de jaren ’60 en de frêle, in tere kleuren weergegeven iele figuren, die leken te zweven, maar bij nader inzien de muziek op de notenbalk weergaven. Maar onmiskenbaar de vergoddelijking van de figuur uit het medaillon, Jim Morrisson, vergezeld van twee collega popidolen. De gouden trappen naar de hemel, ten opzichte van het paars van de onderbouw in contrasterend geel, klommen in een perspectivisch vertekende spiraal als een wenteltrap opwaarts en suggereerden een verbinding van het aards goddelijke met de hemelse vrede. Je miste wel de richting van de trap naar boven, te horizontaal geplaatst. De hemelse stralen verwezen op hun beurt weer naar de zalige muziek van de Doors. ‘Stairway to heaven’ had zo alle kenmerken van een altaar ter aanbidding van een aardse grootheid. De symmetrie, wat streng weergegeven, had als nadeel dat het beeld erg statisch werd, maar als voordeel dat het beeld voor de perceptie helder bleef.
De toeschouwer zag eerst de spiraal, wat op zich een mooi gezicht was. Als de wagen dichterbij kwam viel de spiraal uit elkaar in een grote krul, die aan een puntenslijper deed denken. Dan volgde de medaillon, de zijkant, die in één waarmening een popidool liet zien, vrij plat en weinig verrassend en dan viel de wagen uiteen in twee stukken. In het midden van de wagen, waar het met alle verwijzingen had moeten gebeuren, bleef de verrassing uit. Op de plaats waar de trappen samen kwamen gebeurde helemaal niets. De wagen bleef zo in twee stukken, de onder- en bovenkant, maar toch te weinig het verhaal van de hemelse verheerlijking van een aardse god.
In het midden boven het idool, miste je een samenballende kracht en moest de kijker het doen met een horizontale explosie ( nou ja, explosie) van stralen, engelen en bloemen die als het ware de weg naar de hemel afsloten. De engeltjes waren te nietig en vormeloos en de bloemen, gemaakt van bloemen, te weinig echte bloemen. Ze moesten ongetwijfeld een verwijzing vormen naar de flower powertijd, maar misten hiervoor de overtuiging. Wat een explosie van muziek en vitaliteit moest zijn boven op de wagen implodeerde omdat de kern, het hart van de explosie ontbrak. Het was allemaal wat te lief en krachteloos geworden. Samengevat: een hoop gedoe maar de apotheose bleef uit.