Juryrapport
Het presenteren van zo’n ontwerp heeft een keerzijde. Letterlijk, in dit geval. De
rugpartij van de krab mag er weliswaar zijn; een gebogen schild van vlammend rood
met vlekjes purperblauw en witte zeepokken als contrast, het blijft de rugkant.
Iedereen die het zag wist dat het echte leven zich aan de andere kant afspeelde.
De achterkant is duidelijk minder interessant dan de voorkant.
Daar zijn de lijnen afgebiesd met witte tandjes die met schelpen zijn bekleed. Ogen
op steeltjes, scharen als wapen. Hij is niet aaibaar, niet vriendelijk en toch een enorm
aantrekkelijk ding. Het kleurgebruik is boeiend en effectief; het felle geel
gecombineerd met het bloederige rood aan de bebloede scharen. De griezelige
schrijlingse beweging en dat enge geluid. De krab liep nog net niet over het parcours.
Op de rijdende wagen bewegen de poten in het luchtledige, het is wel een hele
knappe pootbeweging.
De vorm van het dier was perfect. Daarbij wordt een bedenking gemaakt: het beeld is
eigenlijk niet meer dan een natuurgetrouwe weergave van een krab, alleen vele
malen groter.