Juryrapport
Twee reusachtige kameleons in rood, geel en paars als relicten van miljoenen jaren geleden. Met een dreigend uiterlijk dat zo kenmerkend is voor deze beesten, terwijl ze van nature zo vreedzaam zijn. Deze wagen had beslist last van de concurrentie van de andere wagen met kameleons, de nummer één voor de vakjury. Je ontkomt niet aan een vergelijking. Ondanks de leuke vondst om de eigenschap ‘verkleuring’ van de kameleon ook in het beeld te laten zien, waren deze kameleons qua plasticiteit en realisme, de mindere van de andere wagen. Werd het optimale effect van de verkleuring wel bereikt, zo stelden wij ons de vraag? De vakjury heeft de verkleuring één of twee keer gezien en de verkleuring op zich kostte nogal wat tijd. Het is misschien ook niet helemaal een gelukkig keuze geweest om voor de ‘verandering’ één van de twee basiskleuren van de beesten zelf te gebruiken. De dieren waren minder sierlijk, voor een enkeling misschien wel te statisch en lomp. Als fantasiebeelden waren zij op zich plastisch goed vormgegeven, maar voor kameleons te dikbuikig. De wagen was in zijn kleurstelling helemaal in orde. De donkerrode rotspartijen vormden een goed contrast met de kleuren van de kameleons. Het gebruik van de kleuren is helder, het geel en paars, de dominante kleuren van de dieren, zijn complementair en versterken het exotisch karakter van deze wagen. Met andere woorden het kleurgebruik versterkt het beeld en dat helpt de toeschouwer om het beeld te begrijpen. De stekels op de ruggen van de dieren en de onderkaak waren realistisch. De zaaglijnen zorgden voor een prachtig profiel en ook voor verfijning. De figuratie van de wagen bleef voor de vakjury een raadsel. Waarom twee wagens en wat was de functie van de figuranten? Wat gebeurde er eigenlijk tussen de wagens, welk ritueel voerden de figuranten op? Het is natuurlijk nooit goed als je een wagen voorbij ziet trekken waarvan je belangrijke en in het oogspringende details niet begrijpt.